Maandagavond na de eerste werkdag van een nieuwe week. Mijn dagje 'problemsolving' zit er weer op en ik heb zelf nog een babbeltje gedaan in de keuken met een glas vers passievruchtensap en een uurtje stevig kunnen sporten. Een hele dag achter de laptop vraagt om wat compensatie. mijn werkdagen zijn goed gevuld en een groot deel van mijn tijd gaat naar het oplossen van allerlei problemen. Met dingen die niet werken, met papieren en stroeve administratie, met centen die niet komen, met rapporten die niet afgewerkt raken, met mensen die elkaar niet verstaan of niet doen wat ze moeten doen ... Ik leer hier eindeloos veel geduld en tegelijk niet aflatende vasthoudendheid. Ik moet veel relativeren en stress loslaten want het helpt toch niet ... En ik probeer ondanks de hindernissen allerlei op te lossen langs wegen en omwegen. Wat helpt zijn de gebedsmomenten. om 6.30 uur ben ik in de kapel voor meditatie, dan eucharistie en ochtendgebed. ook 's avonds zijn er de gebedsmomenten en ik heb geleerd om gewoon alles te laten vallen wat ik aan het doen was om daar op tijd te zijn. Het is een heel natuurlijk ritme geworden dat me geen moeite vraagt, integendeel. Het geeft me rust en het is een plek om los te laten wat ik niet kan veranderen of in beweging krijgen. Twee weken geleden ben ik voor de derde keer naar Oeganda gereisd naar de meest Noordelijke gemeenschappen daar, Gulu en Palabek. Ik heb er met hen gewerkt aan de planning van hun projecten voor de komende jaren. het was om meerdere redenen een sterke ervaring. Het waren de eerste gemeenschappen waar ik echt procesmatig aan de slag ging en ik wist niet goed hoeveel openheid er zou zijn om te accepteren dat ik als leek en vrouw daarin het voortouw zou nemen. Na mijn jaren in Vorming & Animatie durf ik wel vertrouwen in het proces en de kracht van een waarderende benadering. Het was een hele voldoening vast te stellen dat het ook in Afrika zo kan werken. Op beide plaatsen groeide er een ander soort wederzijds begrijpen, respect, vertrouwen en verbondenheid. In Gulu leerde ik een paar boeiende missionarissen beter kennen. Fr Danilo uit Slovenië, Fr Gianni uit Italië en Fr Thomas uit Oeganda zelf. De missie startte daar in 2010 en het is indrukwekkend wat in die tijd opgebouwd is: vier kleuterscholen, een lagere school, een secundaire school, een nieuwe parochiekerk en een paar kleinere kerkjes voor de lokale bevolking in de omliggende gehuchten. Een voetbalveld was in aanleg en er zijn plannen voor een zorgcentrum voor moeder en kind waarvoor ze ook al de middelen bij elkaar gezocht hebben. Hun nieuwste project is een soort beroepsopleiding en vormingscentrum voor de promotie van jonge vrouwen. De beste manier om de gezinnen vooruit te helpen is investeren in de ontwikkeling van de jonge moeders. Zij runnen de gezinnen als ze wat kunnen verdienen. Fr Danilo gaat zes oude klaslokalen verbouwen voor dit centrum. Hij is een krak in recuperatie en maakt alles zelf. Kostprijs voor het project door hem voor mij voorgerekend: 20.000 euro. Ongelooflijk weinig voor wat ze daar gaan doen. Als iemand een zinnig project zoekt ... in Palabek werd ik door de enthousiaste directeur Fr Arasu op sleeptouw genomen om het kamp beter te leren kennen en te zien wat ze opbouwden in twee jaar tijd. Ook meer dan indrukwekkend: een grote technische school, vier kleuterscholen, 11 pastorale kernen, meestal met een eenvoudige kapel (lees strooien afdak) en een heel actief oratorio (speelplein) voor de jongeren. Het nieuwe strategische plan dat we maakten focust op het oratoriocriterium: thuis, school, speelplaats, parochie... Dat is wat ze aan de vluchtelingen die hier nog altijd blijven toestromen, willen bieden. Een zorg is dat NGO's stilaan afhaken. In het begin waren er grote voedselprogramma's. Nu worden die afgebouwd terwijl het aantal mensen nog steeds groeit. We werken daarom aan een groot landbouwproject. De afhankelijkheid van voedselbedeling ontneemt mensen initiatief. Zelf voedsel verbouwen geeft perspectief: teach a man to fish (bij wijze van spreken dan want Palabek is vooral woestijnachtig). Leven in dit kamp is niet simpel. Een paar dagen daar verblijven, heeft me goed laten voelen wat een uitdaging het is. De omstandigheden zijn hard, het werk vaak confronterend. Alle leden van de gemeenschap zijn ernstig ziek geweest de voorbije maanden. Je ontsnapt niet aan het krijgen van malaria als je er langer verblijft. je kan ook niet even 'er uit stappen' de dichtstbijzijnde stad is Gulu en die ligt op meer dan een uur rijden. Verder is er niks te buiten wat kleine gehuchtjes van strooien hutten. Ook de plaatselijke bevolking is hier arm. De salesianen betrekken hen daarom in de projecten. Dat komt ook de integratie van de vluchtelingen op langere termijn ten goede. Vlak voor ik terug uit het kamp zou vertrekken naar Kampala, kreeg ik bericht van mijn chauffeur die me zou ophalen. Kort voor het kamp was hij de controle over het stuur verloren en drie maal over kop gegaan met de wagen. De zandwegen rond het kamp zijn zeer verraderlijk. Gelukkig had de chauffeur geen schrammetje: gordel om en stevige wagen. Het was toch wel schrikken en slikken om wat had kunnen gebeuren. Een ziekenhuis is er niet direct in de buurt ... Met de wagen konden we niet meer terug. Fr Arasu regelde echter alles: politiedocumenten, vervoer van de wagen naar Kampala voor herstel en ons vervoer om in Kampala de nachtbus naar Kigali te nemen. Hij regelde zelf een douche en warme maaltijd voor mij bij Indische vrienden van hem in Kampala zodat ik fris en gevoed aan de terugtocht kon beginnen. Het was een mooie illustratie van de 'problemsolving capacities' die je in deze context nodig hebt om te kunnen werken en leven. Kort na onze terugkeer stond al een volgende belangrijke ontmoeting op de agenda. Onze partner voor een groot solar-project in Oeganda kwam op bezoek met een van hun belangrijkste sponsors. Het project integreert in drie scholen een opleiding in hernieuwbare energie en ondersteunt de scholen om een groene, ecologische campus te worden. Een heel breed en zinvol project. De sponsor wou zien hoe we van start gegaan waren en met ons branistromen hoe we aan de integratie van de afgestudeerden op de arbeidsmarkt konden werken. Een stevig gesprek met een pittige dame. Maar ze was heel tevreden tot grote opluchting van onze Oostenrijkse partner voor wie de feedback van grote sponsors natuurlijk cruciaal is. Irita één van de Oostenrijkse partners bleef na deze ontmoeting nog een paar dagen langer in Rwanda. Ik had haar al leren kennen tijdens de opstart van het programma en de management-training in Oeganda en we hadden afgesproken bij een volgend bezoek eens samen op stap te gaan. Dat was het ideale moment om zelf even er tussen uit te gaan na al die intense weken en weer eens iets van het land te zien. We gingen naar een lodge tussen twee meren in de vulkaanregio lake Ruhondo en lake Burera. Het was een voltreffer. Eén van de mooiste plekken die ik al in mijn leven gezien heb. Adembenemende zichten en een heel sfeervolle lodge. De eerste avond heb ik niks anders gedaan dan kijken hoe de zon onder ging achter de vulkanen en de twee meren. Toen het donker en frisser werd (het is daar vrij hoog en dus koeler dan elders in het land) brachten ze een vuurkorfje zodat ik buiten kon blijven zitten. Het was zo een moment om in je ziel te blijven koesteren ... Om af te ronden ... iemand zou een fotoboek moeten maken van wat mensen hier allemaal vervoeren op hun fietsen (en bromfietsen). Het is onwaarschijnlijk. Dus kom maar eens af als je dat iets lijkt!
0 Reacties
Laat een antwoord achter. |
AuteurHallo, ik ben Colette Schaumont en vertrok in januari 2019 naar Afrika om me te engageren in de salesiaanse provincie AGL (Afrique des Grands Lacs). Je kan meer lezen over mijn wedervaren in deze blog! Archieven
Oktober 2019
Categorieën |